Menopauze voor iedereen die wil weten én begrijpen

Op mijn 42ste kreeg ik mijn eerste opvlieger — het begin van een persoonlijke én professionele zoektocht in de complexe wereld van de overgang en de menopauze. Sindsdien help ik tienduizenden vrouwen uit Nederland en België door helderheid te brengen in deze overgangsfase via mijn online hulpgroep.
Mijn specialisatie? Het toegankelijk maken van wetenschappelijk onderbouwde informatie. Als vertaler én verpleegkundige maak ik evidence-based kennis en internationaal onderzoek beschikbaar in het Nederlands – zodat vrouwen zich goed geïnformeerd en gesterkt voelen.
Ook het optimaliseren en persoonlijk afstemmen van de hormonale balans hoort daarbij. Hormoonzorg is namelijk altijd maatwerk met als doel: klachten verminderen, de levenskwaliteit verbeteren en bijdragen aan een goede gezondheid – nu én later.
Gedeelde besluitvorming staat daarbij centraal. Een goed geïnformeerde vrouw maakt de keuzes die écht bij haar passen. Daarom zorg ik ervoor dat elke vrouw volledig voorbereid is op het gesprek met haar arts — met gerichte vragen, inzicht in mogelijke opties en een helder overzicht van haar klachten en noden.
Foto: Marieke Zwartscholten
Over de menopauze en hormoontherapie doen heel wat misverstanden de ronde. Tijd om enkele van die hardnekkige fabels te ontkrachten.
Als het over hormonale veranderingen en de menopauze gaat, valt één ding op: geen enkele vrouw is hetzelfde. Er bestaat geen standaardbeeld van “de menopauzale vrouw”. Sommige vrouwen komen al vroeg in de overgang terecht – spontaan door premature ovariële insufficiëntie (POI), of na behandelingen zoals chemotherapie of gynaecologische ingrepen.
Uit mijn bevraging in 2025 bij 2028 vrouwen gaf 18% aan dat hun eerste overgangsklachten optraden tussen 36 en 40 jaar. Dat is opvallend, zeker als we weten dat in de gynaecologie een zwangerschap vanaf 35 jaar als “geriatrisch” wordt beschouwd, vanwege de dalende vruchtbaarheid en toename van risico’s.
De International Menopause Society bevestigt ook dat perimenopauzesymptomen zich al vanaf het midden van de dertig kunnen voordoen" (Panay et al., 2024b).
In de medische en publieke beeldvorming blijft het idee hardnekkig bestaan dat opvliegers hét typische – of zelfs bepalende – symptoom van de (peri)menopauze zijn. Toch blijkt uit onderzoek dat dit beeld niet voor alle vrouwen klopt. Zo geven studies aan dat opvliegers bij ongeveer 80% van de vrouwen voorkomen, maar dat betekent ook dat een aanzienlijke groep ze niet ervaart.
Dat bevestigen ook de resultaten van mijn bevraging in 2025 bij 2028 vrouwen: 1 op de 4 deelnemers gaf aan helemaal geen opvliegers te hebben. Opvallend genoeg kwamen opvliegers zelfs niet voor in de top tien van meest gerapporteerde klachten.
Dit toont hoe belangrijk het is om verder te kijken dan het klassieke symptoombeeld. Een te sterke focus op opvliegers kan ertoe leiden dat andere – vaak minder zichtbare, maar even belastende – klachten genegeerd worden. Vrouwen die deze typische symptomen niet ervaren, lopen zo het risico om niet serieus genomen of zelfs niet herkend te worden in hun overgangservaring.
Hoewel bloedtesten vaak worden aangevraagd bij vrouwen met (vermoedelijk) hormonale klachten, zijn ze in de context van de perimenopauze zelden betrouwbaar als diagnostisch instrument. Dit komt doordat hormonale spiegels – met name van FSH, oestrogeen en progesteron – sterk kunnen schommelen gedurende de cyclus én tussen cycli. Zeker tijdens de perimenopauze kunnen waarden van dag tot dag aanzienlijk variëren, waardoor een eenmalige meting weinig zeggingskracht heeft.
Internationale richtlijnen, waaronder die van NICE (2023), raden dan ook af om routinematig bloedonderzoek te gebruiken ter bevestiging van de (peri)menopauze bij vrouwen boven de 45 jaar met typische klachten.
De diagnose is in de eerste plaats klinisch en moet gebaseerd worden op het geheel van symptomen, leeftijd en anamnese. Overmatig vertrouwen op bloedwaarden kan leiden tot fout-negatieve interpretaties, vertraging in de diagnosestelling en onderbehandeling van vrouwen die wel degelijk perimenopauzale symptomen ervaren.
Er wordt er vaak vanuit gegaan dat een regelmatige menstruatiecyclus betekent dat de perimenopauze nog niet begonnen is. Maar dat klopt niet. De perimenopauze is een hormonale overgangsfase waarin klachten kunnen ontstaan, zelfs wanneer de menstruatie nog regelmatig blijft verlopen.
Het onderzoek van Harlow en Paramsothy (2011) toont aan dat 15-25% van de vrouwen in de perimenopauze nauwelijks veranderingen in hun menstruatiecyclus ervaart. Ook uit mijn bachelorproef blijkt dat vrouwen in deze levensfase vaak niet (h)erkend worden in hun klachten, juist omdat hun cyclus nog ‘normaal’ lijkt. Toch kunnen symptomen zoals slaapproblemen, prikkelbaarheid, opvliegers, verminderde concentratie of veranderingen in het libido al duidelijk aanwezig zijn.
De schommelingen in oestrogeen en progesteron beginnen namelijk vaak vóórdat de cyclus zichtbaar verandert. Het is dus cruciaal dat men zich niet blindstaart op de regelmaat van de menstruatie, maar aandacht hebben voor het bredere klachtenpatroon dat typisch is voor de vroege perimenopauze.
Zo voorkomen we dat vrouwen jarenlang met onbegrepen klachten blijven rondlopen en krijgen zij de erkenning en ondersteuning die ze nodig hebben.
Cimadomo, D., Fabozzi, G., Vaiarelli, A., Ubaldi, N., Ubaldi, F. M., & Rienzi, L. (2018). Impact of Maternal Age on Oocyte and Embryo Competence. Frontiers in Endocrinology, 9. https://doi.org/10.3389/fendo.2018.00327
Harlow, S. D., & Paramsothy, P. (2011b). Menstruation and the Menopausal Transition. Obstetrics And Gynecology Clinics Of North America, 38(3), 595–607. https://doi.org/10.1016/j.ogc.2011.05.010
Hirschberg, A. L., Polo‐Kantola, P., Øverlie, I., Løkkegaard, E., Cockburn, E., Rea, C., & Kim, J. S. (2025). Prevalence and impact of vasomotor symptoms associated with menopause among Nordic women: Subgroup analysis from an international cross‐sectional survey. Acta Obstetricia Et Gynecologica Scandinavica. https://doi.org/10.1111/aogs.1513
Martin-Key, N. A., Funnell, E. L., Spadaro, B., & Bahn, S. (2023). Perceptions of healthcare provision throughout the menopause in the UK: a mixed-methods study. Npj Women S Health, 1(1). https://doi.org/10.1038/s44294-023-00002-y
Nappi, R. E., Kroll, R., Siddiqui, E., Stoykova, B., Rea, C., Gemmen, E., & Schultz, N. M. (2021). Global cross-sectional survey of women with vasomotor symptoms associated with menopause: prevalence and quality of life burden. Menopause The Journal Of The North American Menopause Society, 28(8), 875–882. https://doi.org/10.1097/gme.0000000000001793
Panay, N., Ang, S. B., Cheshire, R., Goldstein, S. R., Maki, P., & Nappi, R. E. (2024). Menopause and MHT in 2024: addressing the key controversies – an International Menopause Society White Paper. Climacteric, 27(5), 441–457. https://doi.org/10.1080/13697137.2024.2394950
We gebruiken cookies om websiteverkeer te analyseren en de ervaring op je website te optimaliseren. Als je het gebruik van cookies accepteert, worden je gegevens gecombineerd met de gegevens van alle andere gebruikers.